20 fouten die lopers blijven maken

Lopers zijn een ras apart. Met gemak lopen we 10 saaie rondjes in het park, zondagochtend staan we extra vroeg op voor dat 20k duurloopje en we vinden het leuk om een (halve) marathon te lopen, terwijl we goed weten dat het vroeg of laat toch een keer pijn begint te doen. En bij dat pijntje denk we echt niet aan stoppen, alleen wanneer we er écht bij neervallen. Dat vinden we allemaal heel gewoon.

Nu klinkt het alsof lopers allemaal een beetje crazy zijn. En ergens klopt dat wel —al verkies ik eerder de term ‘eigenwijs’. We zijn echte doorzetters, maar soms gaat dat tomeloos enthousiasme misschien een klein stapje te ver. Meteen ook de reden waarom we dezelfde fouten keer op keer blijven maken. Ik zette de 20 meest voorkomende fouten op een rijtje.

1. Te snel vertrekken
We’re flying, flyyyying… and crashing! Je kent het wel, de sfeer tijdens een race: het publiek juicht, de muziek galmt door de boxen, de adrenaline raast door je lichaam… In alle enthousiasme vertrekken we zoals die schattige oudjes om 8u aan de ingang van de supermarkt. De verzuring lonkt al snel om de hoek en we storten in. Probeer rustig te vertrekken, hoe moeilijk dat ook is. Je zal zien dat je een betere tijd loopt.

2. Denken: “I don’t sweat, I sparkle”
Lopers zweten. En na die te warme, plakkerige run willen we niets liever dan een verfrissende douche. Tot die eerste waterdruppels je huid raken. Ouch! Je huisgenoten (en de ganse buurt) zijn getuige van het gruwelijk drama dat zich in de badkamer afspeelt: schaafplekken. De oplossing? Vaseline! Breng het overmatig aan op alle gevarenzones, zo ben je helemaal klaar om te ‘schitteren’. En natuurlijk niet gaan hardlopen in katoenen kledij, dat is er écht om vragen.

3. Te veel kledij tijdens een duurloop
Urenlang uit het raam turen, eens buiten gaan ‘voelen’, alles perfect uitgekiend… En dan nog eindigen met een halve sportwinkel om je middel geknoopt.

4. Niet opwarmen
Uitstel is afstel! Maar zonder nadenken vanuit je bed of bureaustoel kilometers happen is niet het beste idee, zeker niet in de winter. Doe een korte warming-up voor het lopen en je benen zullen je eeuwig dankbaar zijn.

5. Niet stretchen en foamrollen
Stretchen? Saai. Foamrollen? Een marteling. Maar onmiddellijk in je zetel ploffen na je run is, hoe verleidelijk ook, niet het beste plan. Tenzij je de dag nadien wil gaan voor die C3PO-imitatie natuurlijk ;-)

6. Dat frietje speciaal voor een race
Wil je tijdens een wedstrijd niet letterlijk in de ‘shit’ zitten, vermijd dan al te vettige of pikante gerechten. Een sanitaire stop bij elke Dixi langs het parcours zal je PR niet meteen ten goede komen.

7. Zonnecrème vergeten
Burn baby, burn! tijdens die eerste wedstrijd in de lente. Smeer je 30 minuten voor je de deur uitgaat in met SPF 30 (ik gebruik zelfs SPF 50). En gelukkig zijn er intussen heel wat water- en zweetproof sportproducten op de markt. Niets vervelender dan prikkende ogen tijdens het lopen.

8. Te snel vertrekken… alweer!
Wat was dat nu weer met die ezel en die steen? Eén keer tegen de muur lopen was niet genoeg.

9. Te weinig eten
Van ‘konijneneten’ word je echt niet zo snel als een konijn. Als je heel veel sport, is ‘gewoon’ eten misschien niet voldoende. Een runner’s body heeft echt wel carbs nodig.

10. Te hard lopen op rustige dagen
Ik moet toch ooit sneller worden? “No pain, no gain“, toch? En dan verbaasd zijn dat je op intervaldagen nog moeilijker vooruit geraakt als een zak patatten.

11. Te kleine loopschoenen
Als je af en toe 5k of zelfs 10k loopt, lijkt er geen vuiltje aan de lucht. Maar als je +50k per week aflegt, wordt het al snel duidelijk: loopschoenen zijn belangrijk. En vooral voldoende teenruimte —wil je deze zomer sandal-ready zijn natuurlijk.

12. Smartphone of sporthorloge niet opladen
Niets geeft je meer energie dan een zwart scherm —zoals gisteren: vrieskou en 40% batterij op je sporthorloge is geen goede combinatie. Maar goed, af en toe een ‘stille’ duurloop inlassen kan wonderen verrichten. Geef je volledig over aan je gevoel bij het lopen en je krijgt tonnen energie.

13. Doorlopen met een blessure
Die ene training nog en dan neem ik wat extra dagen rust. Te lang doorlopen met een blessure kan er voor zorgen dat het herstel véél langer duurt en dan ben je nog veel verder van huis.

14. Overtrainen
Spierpijn is perfect normaal na je workout —zeker als newbie of als je na lange tijd opnieuw je loopschoenen aantrekt. Maar probeer je enthousiasme wat te temperen en geen 7 dagen per week te trainen. Rust is net zo belangrijk.

15. De romp negeren
Planking? Is dat de laatste nieuwe rage op internet? Ik ben een loper, dus ik loop. Geen toeters en bellen, dank je wel!

16. Krachttraining in zijn geheel skippen
Opnieuw: Ik ben een loper, dus ik loop. Wil ik er toch niet uitzien als “the Rock”? Krachttraining wordt door heel wat lopers onderschat —mezelf inbegrepen. Je wordt er niet alleen sneller en sterker van, je bent ook beter bestand tegen blessures.

17. Een post-run snack vergeten…
The runger is real.

18. …en een schranspartij later op de dag
Logisch dat je na een duurloop van 32 kilometer dat hele pak stroopwafels mag oppeuzelen, toch? Je koolhydraten aanvullen na een lange duurloop is een must, maar ga niet voor de sugar rush overdosis.

19. Te snel gaan tijdens een intervaltraining
Let maar niet op mij, ik werk nog aan mijn tempogevoel… Belangrijk is dat je niet te snel opbouwt en de intervallen niet te intensief uitvoert. Doe je dat wel, dan verhoog je kans op blessures of overtraining.

20. Jezelf vergelijken met anderen
Het is enorm verleidelijk om je tijdens een training of race te vergelijken met anderen en te denken: “Oh nee, did she really?! Als ze denkt dat ze gaat winnen…” Loop op je eigen tempo en probeer steeds beter dan jezelf te worden. “It’s all about finding your best self” (Shalane Flanagan).

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *