Intervaltraining is leuk!


[Michael Johnson Track – Nike HQ, Beaverton, Oregon]

…Said no one ever! Intervals zijn vaak de minst geliefde trainingen bij lopers. Ook ik moet mezelf vaak een schop onder mijn kont geven om een intervaltraining te doen, maar ze zijn oh-zo effectief. Hoe maak je ze dan toch een beetje fun?

“Kan je trainen voor een lange afstandsrun zonder intervaltraining?” —een vraag die elke loper die wel eens ‘trainingsschema (halve) marathon’ heeft gegoogled, zichzelf heeft gesteld. Jammer maar helaas, bijna alle schema’s raden minstens één intervaltraining per week aan, dus het lijkt erop dat het echt een noodzakelijk kwaad is. Maar wat dan als je écht geen fan bent van intervaltraining en je je met moeite naar buiten weet te slepen? Aangezien ik op Strava regelmatig mijn haat-liefdeverhouding voor intervals uitroep, kreeg ik enkele tips van ‘bearded Ghent-based runner’ Boudewijn Van Autreve. En “Sharing is caring”, toch? ;-)


[Boudewijn Van Autreve, mét knuffelbeer]

Alleen (of in groep, altijd leuker) op de openbare weg
Fartlek
Kies één van je favoriete routes en beslis op een bepaald moment om te versnellen tot bijvoorbeeld de hoek van de straat of tot de lantaarnpaal. Recupereer daarna en herhaal. Denk er niet te veel over na, zodat de afstand en snelheid telkens anders en niet vooraf gekend zijn. Probeer wel op voorhand in te schatten dat je zeker tot aan je eindpunt aan dezelfde snelheid kan blijven gaan.
If-this-then-that
Dit vraagt wel wat voorbereiding, maar de bedoeling is dat je een kort lijstje opstelt met een conditie en een actie. Stel: als je een rode auto tegenkomt, versnel je 500m; als er een fietser je voorbijsteekt, versnel je tot je een andere voetganger tegenkomt; …

Alleen (of in groep) op een piste of iets gelijkaardigs
Knuffelbeer-interval
Het serieuze gedeelte: je versnelt x keer voor y minuten en je loopt met negatieve split —bijvoorbeeld 10×2 minuten en je loopt elke keer verder dan de keer ervoor. Het leuke gedeelte: gebruik een knuffelbeer (of iets anders) als merkteken van tot waar je gelopen hebt en elke keer verplaats je je knuffel. Het lijkt misschien stom, maar ik heb gemerkt dat het belangrijk is om een visueel herkenningspunt te hebben, zodat je elke keer weer weet hoe ver je moet lopen.
Run-ardah
Je loopt elke versnelling (bvb. 200m) in een groepje van twee of drie. De bedoeling is niet om de snelste te zijn, maar om samen het snelst te zijn. Dit wil zeggen: de haas van het groepje probeert de anderen te motiveren, maar moet zich ook inhouden en aanpassen aan de snelheid van de anderen. Tijdens het recuperatieloopje vorm je dan opnieuw een ander groepje, zodat de snelheid anders is en je misschien niet meer of net wel de snelste bent.

Andere leuke dingen
Verkleed lopen
“Dit leek me eerder iets voor de Disney Half Marathon, maar misschien moet ik die Elsa-outfit toch maar eens aantrekken.” ;-)
Park-interval-run
In Gent heb je heel wat parken. Is dat in jouw stad ook zo, dan kan je een route plannen langs enkele parken. De bedoeling is dan om daar te versnellen en buiten de parken te recupereren.
Tikkertje
Iedereen kijkt mij vreemd aan als ik dat voorstel, maar nadien moeten ze toch toegeven dat het best een pittige training was.

Wat denk je —waaraan ga jij je wagen?

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *